Omzoomd door de randen van het bos
en prachtig hoge kragen van wiegend riet
komt jouw schittering langzaam los
als men de torenspits van de Sint Urbanus ziet.
De watervogels, eend en fuut, fourageren.
Onderwijl ontstaat een rustgevoel,
waar in de lentezon paartjes lieflijk paraderen
over de sprokkelpaden langs de Poel.
De burgemeester spreekt een eerbetoon
tot mensen met nut en overtuiging,
voor hen is het echter heel gewoon.
Daarom juist een dankbetuiging
en een waardering van de kroon.
Ik doe het met een diepe buiging.
25 april 2008