Moeder was er alle dagen.
Je kon haar van alles vragen.
Ze vond je spullen zeer beslist.
Voor jij ze één dag had gemist.
Moeder was de laatste tijd zo stil
en las weer kranten zonder bril.
Ze keek dagen uit het raam
en soms wist ze zelfs je naam.
Moeder zie me hier nu staan
met in elk oog een traan.
Je moet dit nog van mij weten.
Ik zal je nooit vergeten.
29 september 2007