Ongeduld valt niet te betomen.
Rijen zwellen aan bij kassa’s,
toegangspoorten en verzorgingshuizen.
Niemand kan eraan ontkomen.
Verzwolgen door de mensenmassa’s
verkwijnen we bij sluizen.
We raken oud en ook versleten,
het leven gaat te snel,
terwijl we leunen op een stok.
Misschien moet je het vergeten,
ben je niet langer in tel
en blijft het wachten in je hok.
Waren we maar slakken,
dan weet je het gaat traag.
Je onderkomen op je rug
met allerhande ongemakken.
Rest nog wel de vraag:
Vervliegt de tijd dan vlug?
28 augustus 2014
Kees Koot