De mens is zijn gedachten.
Het lichaam is het orgaan te ondervinden.
Geen gedachten zonder lichaam.
De geest is mens.
Een verhulling van lusten en lasten.
Geen lijf zonder geest.
Ervaart de mens zijn lijf of zijn geest?
28 juli 2014
Kees Koot
De mens is zijn gedachten.
Het lichaam is het orgaan te ondervinden.
Geen gedachten zonder lichaam.
De geest is mens.
Een verhulling van lusten en lasten.
Geen lijf zonder geest.
Ervaart de mens zijn lijf of zijn geest?
28 juli 2014
Kees Koot
Zo waarlijk staat ze daar
in het hart van Amstelveen,
een vrouw en burgemeester.
Vastberaden klinkt de eed.
Ze heeft zich aan ons verbonden.
Zo waarlijk staat ze daar
voor de Raad van Amstelveen,
een mensenmens.
Samenwerken, niet alleen.
Ze heeft hun sympathie gewonnen.
Zo waarlijk staat ze daar
voor de burger, het orkest.
een dirigente met muziek
naar het ritme van de tijd.
Ze weet de juiste maat te slaan.
Zo waarlijk staat ze daar
voor handel en bedrijven.
de buuf van Amsterdam,
tot over de Amstel-grenzen.
Ze vaart vooruit ook bij tegenwind.
3 juli 2014
Kees Koot
Cementmolens tollen
men gooit kiezels en zand
bij water en cement.
Soepel en beweeglijk rollen
zij rond van kant naar kant
tot de molen wordt geremd.
Slechts een vaardige hand
voegt de mortel in een uur
met klinkers en troffel.
Rij na rij, van kant naar kant
ontstaat een muur
bestand tegen onheilsgeroffel.
Mijn gedachten tollen,
woorden vliegen in het rond,
brengen mij van de wijs,
om verhard te stollen
in mijn lamgeslagen mond
tot niets en grijs.
13 juli 2014
Kees Koot
(Voor de kleine Pelle)
Da, da, ik steek een vingertje op.
Da, da, ik wijs met de vinger aan.
Da, da, ik houd twee vingers naast mijn kop.
Da, da, ik kan daarbij ook staan.
Pe, pe, ik dans met vingertjes omhoog.
Pe, pe, ik tik de vinger op de ruit.
Pe, Pe, ik prik mijn vinger in je oog.
Pe, pe, ik steek er boven uit.
Ma, ma, ik heb een vinger in de pap.
Ma, ma, ik roer mijn vinger in de poep.
Ma, ma, is mijn vingertje niet knap.
Ma, ma, ik hef mijn vinger, als ik roep.
22 juni 2014
Kees Koot
Ondanks de orkanen en de wervelstormen
blijft het hutje ongeschonden..
Ondanks de onweersbuien en de pakken sneeuw
weerstaat het dak de last.
Ondanks het gedender en de aardschokken
staat het huis op het fundament.
Toch kraakt het met de jaren
het lijf wordt stram en stijf.
Toch knelt het door de tijd
het lichaam dijt meer uit..
Toch piept het bij momenten
de geest volgt langzamer dan voorheen.
3 juli 2014
Kees Koot
Langs verwaaide takken,
over afgebroken bomen,
door opgestuwde zandbanken,
loopt de strompeling.
Langs afgewende gezichten,
over kromgebogen ruggen,
door liefdeloze harten,
gaat de lijdensweg.
Langs overhangende kliffen,
over huizenhoge golven,
door kolkende rivieren,
voert de reddingsboot.
2 juli 2014
Kees Koot
Ik vaar over zeeën,
zeeën vol tranen.
Vaar op een schip,
dat drijft op verdriet.
Ik waad door de golven.
golven van tranen.
Stuk voor stuk
sla ik ze stuk op de kust.
Ik beluister verhalen
vol herinneringen
met een lach en een traan
uit voorbije tijd.
Ik sla nu bruggen,
bruggen van tranen,
geschaafd en gebeiteld
uit mijn steun en mijn troost.
Ik leg mijn hand op een schouder.
Sta zij aan zij.
We drogen de tranen
in zeeën van tijd voor elkaar.
23 juli 2014
Kees Koot
Ik ga mijn pad,
kom alles tegen.
Kijk niet op of om,
volg slechts wegen.
Ik verdwijn of kom.
Ik stap vooruit,
vind goed noch kwaad.
Zie om mij heen,
merk wat bestaat.
Ik ben niet alleen.
Ik loop terug,
beleef koud en warm,
Denk over alles na,
ervaar rijk en arm.
Ik weet dat ik besta.
18 juni 2014
Kees Koot
Elke dag heeft de les voor morgen.
Elke morgen kent de les van vandaag.
Elke les geeft meer kracht dan zorgen.
Elke kracht leert dat ik de les verdraag.
Wie rijkdom wil, heeft anderen beloond.
Wie wijsheid zoekt, heeft kennis gedeeld,
Wie waardering wil, heeft ze getoond.
Wie rust wil, heeft zijn kracht verspeeld,
Hoe te leren, is geen vraag te stellen.
Hoe te luisteren, is geen woord te missen .
Hoe te zien, is geen oordeel vellen.
Hoe te oordelen, is je niet vergissen.
15 juni 2014
Gesprekken zijn het niet,
slechts uiten van woorden.
Niets gehoord,
verdwijnt alleen in oren.
Ogen worden opgeslagen,
enkel wisselen van blikken.
Geen beeld ontstaat,
vervaagt in oneindig staren.
Handen worden uitgestoken,
simpel omarmen van de ander.
Even is er warmte,
verdampt zodra is losgelaten.
Leven naast elkaar,
voortaan op twee planeten.
Nooit meer samen,
vervlogen wat eens verbond.
11 juni 2014