Alles wordt omhuld,
laag na laag,
verdwijnt.

De aarde met groen,
en boom en plant.
De dieren met schubben,
en schild en vacht.
De wegen met klinkers,
en asfalt en tegels.
De mensen met hemden,
en broeken en jassen.

Onder het pantser
en vel en huid,
naakt,
groeit het,
en klopt en leeft.

28 oktober 2014

In het goede en het kwade,
in geloof en ongeloof,
ga ik bij mezelf te rade
waarvan ik mij beroof.

Tussen hemel en aarde,
tussen god en natuur,
ontdek ik de waarden
waar ik op stuur.

In dwaling en dwang
in ideeën en gedachten,
verken ik wat ik verlang,
daar liggen mijn krachten.

Tussen liefde en haat,
tussen verdriet en vreugd,
vind ik waar het om gaat,
daar speelt de deugd.

26 oktober 2014

Het dreunt.
Het stampt.
Het beukt.

Het kreunt.
Het ramt.
Het deukt.

Het kraakt.
Het breekt.
Het scheurt.

Het braakt.
Het steekt.
Het geurt.

Het stopt.
Het stilt.
Het dooft.

25 oktober 2014

Ze worden weggehangen
in hoeken van het huis
aan het lusje in de kraag.
Nooit krijgen ze de vraag:
Voel je je daar thuis
of bestaat er een verlangen?

Ze worden afgedragen
in buien en wind
voortdurend door de kou.
Elke dag in touw
voor volwassen en kind
tot hun welbehagen.

Zijn ze nat en besmeurd
worden ze weggesmeten
gepropt in een hoek.
Niemand op zoek,
uiteindelijk vergeten
en tenslotte verbeurd.

13 oktober 2014

Was ik maar een boom.
Ik zou fier zijn
mijn takken strekken
met mijn blad beschutten.

Ik ben maar een boom.
De storm zal me geselen,
mijn takken afrukken,
mijn bladeren afschudden.

Ik ben een boom.
Ik blijf overeind.
ik groei nieuwe takken.
Ik breng de lente met blaadjes terug.

12 oktober 2014

De weg leidt naar alles,
naar goed en kwaad,
naar voedsel en honger,
naar lief en leed.

Mijn verstand kiest,
mijn handen wijzen,
mijn voeten brengen mij
naar leven en dood.

11 oktober 2014

Wat ik zie leg ik vast.
Wat ik hoor onthoud ik.
Wat ik voel omarm ik.

Jou vergeet ik niet.
Jou hoor ik altijd.
Jou houd ik vast.

10 oktober 2014

Zonder ben ik gekomen.
Zonder ga ik weg.

Niets zal ik houden.
Niets houd ik weg.

Alles is mij gegeven.
Alles geef ik weg.

9 oktober 2014

Van alle maanden van een jaar
kan ik niet zonder een.
Van alle dagen van de maand
heb ik ze alle nodig.
Van alle uren van de dag
beleef ik elke minuut.
Van alle mensen van de wereld
kan ik jou niet missen.

Geen maand,
geen dag,
geen minuut.

22 oktober 2014

De ijlheid is tastbaar,
het zeeft door mijn lijf,
meer nog mijn geest.
Ik raak heel bedeesd
door waar ik verblijf
wordt veel me gewaar.

Voor niemand zichtbaar
verspringen gedachten
van de een op de ander.
Het voelt of ik verander
door stille krachten
waardoor ik bedaar.

7 oktober 2014